Zoek op rubiek

Begrotingsbeslissing Raad van Toezicht inzake nota Verkruisen

Ook laatste aanval op de Nederlandse Letselstichting (NLS) en advocaat dr. mr. Gijs Verkruisen eindigt in volledige nederlaag voor voormalige SM-meesteres Zeliha Thomas en haar advocaat mr. John Beer van Beer advocaten. Orde van Advocaten steunt declaratie Verkruisen na no cure no pay bij letselschade.

In de strijd van Thomas en Beer tegen de NLS en de Amsterdamse letselschade-advocaat dr. mr. Gijs Verkruisen heeft de Raad van Toezicht van de Orde van Advocaten in Amsterdam (in zijn beslissing van 17 januari 2012) geoordeeld dat de nota € 118.697,82 van Verkruisen advocaten “alleszins redelijk” en “niet bovenmatig” is. Daarmee hebben Thomas en Beer ook hun laatste nog lopende aanval tegen eerlijke no cure no pay bij letselschade volledig verloren.

Rechtbank en Hof Amsterdam
Eerder hadden het de Rechtbank Amsterdam en het Hof Amsterdam al geoordeeld dat de no cure no pay-afspraak die Thomas in 2002 heeft gemaakt met de NLS volledig eerlijk en rechtsgeldig is. De € 750.000,- schadevergoeding die de NLS door inschakeling van dr. mr. Gijs Verkruisen had weten te bewerkstelligen diende daarom conform de overeenkomst uit 2002 te worden afgerekend. Ook de Raad van Toezicht bevestigt in zijn uitspraak dat de inhoud van de overeenkomst tussen haar en de NLS vanaf het begin voor Thomas “evident was”.

De procedure bij de Raad van Toezicht
In de procedure bij de Raad van Toezicht, had John Beer namens zijn cliënte Thomas tien onwaarheden en verdraaiingen naar voren gebracht waarom de nota van € 118.697,82 naar zijn idee te hoog zou zijn. Het geheel had hij doorspekt met een groot aantal grofheden en verdachtmakingen aan het adres van de NLS en Verkruisen, zoals hij dat ook eerder steeds had gedaan wanneer Beer bezwaren had verzonnen tegen de werkwijze van de NLS en Verkruisen.

Beer maakte op deze wijze bezwaar tegen een nota van Verkruisen advocaten voor werkzaamheden die dr. mr. Gijs Verkruisen en drie kantoorgenoten tussen 2000 en 2007 hebben verricht in de letselschadezaak tussen Thomas en een verzekeringsmaatschappij. Deze nota was reeds door de NLS in 2009 aan Verkruisen betaald. De NLS kon deze nu conform het contract uit 2002 aftrekken van de schadevergoeding die Thomas toekwam. Door zijn bezwaren probeerde mr. Beer Thomas onder deze kosten uit te laten komen. De Amsterdamse Orde van Advocaten is in haar beslissing nu dwars voor die pogingen van mr. Beer en zijn sado-masochistische cliënte gaan liggen.

Het belang van de beslissing
De beslissing is belangrijk omdat die het sluitstuk vormt van de jarenlange inzet in deze zaak van het procesfonds van de NLS en letselschade-advocaat dr. mr. Gijs Verkruisen. Zij spannen zich al vele jaren in om het voor letselschade-slachtoffers financieel en juridisch mogelijk te maken dat zij hun zaak effectief aan de rechter kunnen voorleggen, als de verzekeraar van de veroorzaker van de schade weigert om de volledige schade te vergoeden.

Omdat het voor advocaten verboden is om zelf met een cliënt een no cure no pay-afspraak te maken, heeft de NLS het mogelijk gemaakt dat slachtoffers met de NLS een no cure no pay-afspraak maken en dat de NLS de advocaat op basis van zijn uurtarief voor zijn werkzaamheden betaalt.

De afgelopen vijf jaar hebben de voormalige SM-meesteres Thomas uit Zoetermeer en haar Amsterdamse advocaat mr. John Beer van Beer advocaten zich samen in een innige verstrengeling heftig verzet tegen de no cure no pay-afspraak die Thomas in 2002 heeft gemaakt met de NLS. Waar mogelijk zochten zij daarbij de publiciteit. Thomas wilde haar afspraken met de NLS niet nakomen en mr. Beer bevorderde het belang van de verzekeraars door zich er met hand en tand tegen te verzetten dat slachtoffers hun zaak op basis van een no cure no pay-afspraak met een procesfonds aan de rechter kunnen voorleggen als de verzekeraar aan het slachtoffer niet genoeg wil betalen.

De letselschadezaak van Thomas tegen verzekeringsmaatschappij Allianz
De letselschadezaak van voormalig SM-meesteres Thomas tegen verzekerings-maatschappij Allianz heeft tussen 2000 en 2007 veel publiciteit gekregen. Dat werd veroorzaakt door het uitzonderlijke beroep van Thomas en de categorische weigering van verzekeraar Allianz om meer dan € 8.800,- voor de schade te betalen die Thomas had opgelopen bij een kop-staartbotsing met haar auto.

Omdat het een onzekere en ingewikkelde zaak was en omdat Thomas een procedure niet zelf wilde betalen, sprak Thomas met de NLS af dat zij bij succes 40% van de hoofdsom (plus BTW en na aftrek van de gemaakte kosten) aan de NLS zou betalen. Als de zaak op niets zou uitlopen zou de NLS alle kosten van de procedure voor haar rekening nemen.

Na vele jaren procederen op kosten van de NLS is de gerenommeerde letselschade-advocaat dr. mr. Gijs Verkruisen er uiteindelijk in geslaagd om de verzekeraar tot betaling van een schadevergoeding van € 750.000,- te dwingen. Thomas weigerde daarop haar overeenkomst met de NLS na te komen en probeerde de NLS en Verkruisen onbetaald achter te laten.

De klacht bij de Raad van Toezicht
Namens Thomas heeft de Amsterdamse letselschade-advocaat mr. John Beer de strijdbijl tegen de NLS en advocaat dr. mr. Verkruisen opgenomen. Beer heeft daarop vijf jaar lang op kosten van Thomas getracht om de integriteit en het werk van de NLS en van zijn collega-advocaat dr. mr. Verkruisen in diskrediet te brengen. Hij stelde dat Thomas haar overeenkomst met de NLS om allerlei redenen niet behoefde na te komen en hij heeft er alles aan gedaan om no cure no pay voor slachtoffers van letselschade in een kwaad daglicht te stellen. In dat kader beweerde hij ook in de procedure bij de Raad van Toezicht dat de nota van € 118.697,82 die de NLS aan dr. mr. Gijs Verkruisen heeft betaald voor zijn werkzaamheden veel te hoog zou zijn.

De beslissing van de Raad van Toezicht
De Raad van Toezicht van de Amsterdamse Orde van Advocaten heeft nu in een zorgvuldige en gedetailleerde beslissing van veertien bladzijden alle werkzaamheden van dr. mr. Verkruisen en drie van zijn kantoorgenoten nauwkeurig onderzocht en beoordeeld. Daartoe heeft de Raad van Toezicht onder meer het bijna 1000 bladzijden tellende procesdossier, het behandelingsdossier dat vele duizenden bladzijden omvattende en de uren-specificatie over zeven jaren van Verkruisen advocaten onderzocht.

De Raad van Toezicht heeft in de 338 uur werk die Verkruisen heeft gedeclareerd niet één ongerechtigheid aangetroffen. De Raad van Toezicht oordeelt daarom: “De tijdbesteding in de zaak komt de raad – gelet op de aanmerkelijke complexiteit en bewerkelijkheid van de zaak – alleszins redelijk voor.” Met betrekking tot het door de advocaten van Verkruisen gehanteerde uurtarieven stelt de raad: “De raad acht deze uurtarieven, in aanmerking genomen de voor de behandeling van een zaak als de onderhavige benodigde inzet en expertise, noch onredelijk noch ongebruikelijk.” Ook op de overige proceskosten die Verkruisen heeft doorgedeclareerd aan de NLS heeft de Raad geen enkele aanmerking.

Bijlage
Beslissing inzake begroting d.d. 17 januari 2012 van de Raad van Toezicht van de Amsterdamse Orde van Advocaten.

================================================
Informatie voor de pers
Nadere inlichtingen zijn te verkrijgen bij de voorzitter van de Nederlandse Letselstichting mevrouw Cynthia Ribbert op nummer 06-30335540, of bij advocaat dr. mr. Gijs Verkruisen op nummer 020-4860055.

Reacties

comments

Scroll to Top